We spreken veel in die termen: ervoor en erna. De kinderen vragen vaak, bestond papa toen ik dit of dat deed. Vooral Louise is vaak bezig met haar tijdlijn. Hoelang heb ik papa eigenlijk gekend vraagt ze soms. Ik voel de pijn heel hard binnenkomen als ik daar antwoord op geef. Want eigenlijk is het antwoord ‘veel te kort’. Maar daar heeft zij geen boodschap aan, ze wil de feiten en de cijfers. Ze kijkt veel in de fotoboeken de laatste tijd, alsof ze voelt dat hij wegebt, en dat ze moet blijven vasthouden, dat wat bijna niet vast te houden is voor een kleintje zoals zij.
Ikzelf weet heel goed wat van ervoor is en wat van erna. In het begin telde ik alle keren. Van alles, de belangrijke maar ook de onnozelste dingen. Zo wist ik perfect dat het de vierde keer was dat ik naar de Colruyt ging na de dood van Tas. Vandaag zijn we alledrie al 2 maal verjaart na zijn dood, straks is het aan hem. Vandaag weet ik hoeveel schoenmaten Louise en Tuur’s voeten groter geworden en hoeveel cm ze gegroeid zijn. Vandaag weet ik dat er nog duizenden eerste keren komen en tweede keren en derde keren.
Vandaag ben ik niet meer de persoon van ervoor en ik weet eigenlijk ook nog niet goed wie de persoon van erna dan is. Ik heb het gevoel in niemandsland te wonen. Niet goed wetende waar ik bijhoor, wie ik ben, wat er van me verwacht wordt en wat ik met mezelf aanmoet. Een groot deel van me is kapot en ik heb geen idee of en hoe dat kan helen. Het leven erna is er 1 zonder kleur, zonder lief, zonder zoveel. Het leven erna is grijs, vol hoofdpijn, nekpijn en onverzadigde honger naar hem. Ik merk wel dat mijn buik haarfijn aanvoelt dat er ook andere mensen voor een deel kapot zijn. Zou dat dan iets waardevols zijn dat hieruit gekomen is? Geen idee, helpt het mij of hen om de pijn, het kapotzijn in anderen te herkennen en te erkennen. Ik weet het niet.
Elke dag kijk ik naar zijn foto en hoor ik mezelf zeggen: ‘Hij is er niet meer! Hij is dood.’
En terwijl ik doordrongen ben van het stilstaan van de tijd toont de natuur me het tegendeel. Ik weet niet of ik daar blij of boos om moet worden. Verdrietig dan maar…
Nele – geschreven 1 jaar, 6 maanden en 10 dagen na die verschrikkelijke 8ste september 2015.