Alleen opvoeden

Alleen opvoeden, ik kan het niet altijd.

Soms wil ik schreeuwen tegen Tas: ‘ik kan dit niet alleen.’ Het komt natuurlijk omdat ik vrijdagavond te lang op was en net iets te veel pintjes dronk … en dan komt het weekend. Een weekend vol met mijn kindjes die vragen stellen, aandacht willen, eten nodig hebben, … En dan kan ik het even niet meer. Dan maken ze teveel ruzie, en discussiëren ze te veel naar mijn gevoel. En ik wil dat ze het zelf oplossen, want ik heb geen idee wat de juiste oplossing is. Ik weet het wel, ze zijn nog te klein om alles zelf op te lossen. Wie wil het dan komen doen? Want alleen opvoeden, het lukt hier even niet.

Meestal merk ik het aan mijn ‘inspraak-geven’. Dan beslis ik niets meer en vraag hen om dat te doen. Stom natuurlijk, dat weet ik ook wel. En bovendien willen ze nooit hetzelfde. Zo had ik ons eens ingeschreven voor de BBQ van de voetbal van Tuur. Terwijl Tuur zijn match speelde voelde ik al dat Louise eigenlijk naar huis wilde. Na -naar mijn gevoel- eindeloze keren haar te motiveren, begin ik het op te geven. En tegen de tijd dat Tuur gedaan heeft, ben ik al van plan om de BBQ over te slaan en naar huis te gaan. En dan geef ik hen inspraak. ‘Wat zullen we doen kindjes? Naar huis of hier blijven?’ Iedereen – ikzelf ook wel- weet het antwoord al. Louise wil naar huis en Tuur wil blijven. En ik wil janken. De enigste manier om het op te lossen is kordaat zijn. Het is uiteindelijk een papa – die ik nog nooit zag – die me zegt. ‘Maar Nele toch, je hebt dit betaald en jij bent de baas. Je moet ze zekerheid geven door het heft in handen te houden.’ En dan denk ik het weer. Alleen opvoeden. Het lukt me vaak niet.

Ik ken er wel wat, anderen, die vinden dat ze ook alleen opvoeden. Maar hier maak ik een onderscheid. Want zelfs als je gescheiden bent en als koppel niet meer functioneert toch kan je het opvoeden delen. Zelfs als het met af en toe een ruzie is, hoef je geen beslissingen alleen te nemen. Laat ik Tuur alleen naar de bakker fietsen of is dat te vroeg? Moet ik nu naar de dokter met Louise of is het niet nodig? Zal ik het voorval bespreken met de juf of ben ik gewoon te overbeschermend? Zullen we van school veranderen of niet? Kijken ze teveel televisie of valt het wel mee? Zal ik Louise terug een pamper aandoen of ga ik er nu eens serieus voor? En terwijl ik ook enkelingen ken die ook echt alleen opvoeden (Respect met een grote R) voelt het anders als ik babbel met mensen die gescheiden zijn. Ook al heb ik veel respect voor de uitdagingen waar gescheiden mensen voor staan, soms komt vergelijken niet goed over. Zo zei eens iemand tegen me: ‘Ah, maar ja, jij hebt de kinderen altijd.’ En dan denk ik ja, ik heb mijn kinderen altijd. Ik moet ze alleen opvoeden en dat lukt me, maar niet altijd.

Het einde van het weekend is in zicht, en ik heb het opgegeven. Dus mijn kinderen zitten alweer voor een schermpje, stil en braaf te wezen. Terwijl in mijn achterkwab de wetenschap duwt dat ze eigenlijk buiten moeten spelen. Vandaag autoloze zondag zouden we met de fiets naar allerhande activiteiten moeten gaan, die ze geweldig zouden gevonden hebben. Ik besef dat ik het angstvallig niet verteld heb tegen hen, want dan moest ik mee. Zie je wel, opvoeden, het lukt me vandaag niet.

En terwijl ik dit typ besef ik dat ze nog eten moeten krijgen. En dus … laat ik jullie. Als ik ze vandaag geen opvoeding gaf, dan toch wat voeding.

Nele – geschreven 2 jaar en 9 dagen na die verschrikkelijke 8ste september 2015IMG_4319

Zonder woorden

Woorden zijn me dierbaar. Ze troosten, verzachten en kunnen tot leven wekken. Ze verbinden, helpen begrijpen en doen me nadenken. Geschreven of gesproken, in dialoog of monoloog, woorden waren wat overbleef nadat Tas er zo plots niet meer was.

Gisteren, 2 jaar geleden, … ik vond dat ik iets moest schrijven voor hem, voor mij, voor iedereen. Maar ik vond ze niet. Er waren geen woorden te vinden voor het gevoel in mijn maag, voor de eindeloos diepe leegte die gisteren meer dan ooit voelbaar was.

Ik opende en sloot mijn computer, een aantal keer. Verschrikkelijk, zelfs de woorden lieten me in de steek. Ik kroop dan maar in mijn bed. Alleen.

Alleen wou ik zijn, want wat moet ik zeggen als er geen woorden meer zijn?

Anderen schonken me woorden. Een kaartje in de brievenbus, een berichtje op de telefoon. En weer lukte het niet. Een schamele ‘dank je’ of ‘xxx’ was het enigste dat er nog uitkwam.

Het lukt nog steeds niet goed en dus leen ik woorden. Deze keer van Geert De Kockere

Ooit kende ik iemand
die me zo dierbaar was
dat ik dacht
dat de wereld zou vergaan
de dag dat …

En de wereld verging.
En ik verging.
En alle dingen vergingen.

En de dagen vergingen
en de nachten vergingen
en het zuchten verging
en het verlangen verging.

zonder woorden

Nele – geschreven 2 jaar en 1 dag na die verschrikkelijke 8ste september 2015.

 

 

Ik neem een stukje mee

De zomer is voorbij gevlogen, met dingen die we vroeger samen met Tas deden en nieuwe dingen. Het was een mooie zomer, eentje helemaal op ons drietjes gericht met heel wat uitstapjes. De kinderen zijn rustiger geworden, stil tevreden, ze dragen hun lot zo schoon. En ook al komt er nog veel een zweem van angst en van verdriet boven hangen, ik merk dat ze vertrouwen krijgen in hun toekomst.

Ikzelf ben wat stugger, misschien omdat ik ouder ben. Ik dacht bijna elke dag: wat zou hij hiervan gevonden hebben? Hoe trots zou hij nu zijn op zijn kinderen? Vaak miste ik een hand in mijn hand, een glimlach die beantwoord werd, een lijf tegen mijn lijf.

Ondertussen zijn we weer gestart. Wij alledrie. Ik op het werk en zij op school. Ook daar zie ik hun enthousiasme. Vandaag vertelden ze dat ze eigenlijk wel graag naar school gaan. Louise is zo blij dat ze eindelijk zal leren lezen en schrijven. Tuur is blij met zijn nieuwe vrienden en overwint dagelijks zijn kleine angsten. Trots, trots ben ik… een trots die ik alleen draag.

Maar ik recht mijn rug en neem een stukje van het vertrouwen van mijn kinderen met me mee.

Deze zomer voelde ik ook moed. Die moed werd me geschonken door vrienden en momenten. Soms op een vreemde manier. Zo ging ik op het einde van de zomervakantie naar een begrafenis. Een mooie dienst waar drie dochters afscheid namen van hun vader. Drie voelende dochters die elk op hun manier me sleutels aanreiken om verder te gaan. Daar dicht bij die oven waar hij tot as weerkeerde voelde ik zoveel warmte.

En dus recht ik mijn rug en neem een stukje van die moed van mijn vrienden met me mee.

Ik hoop dat het voldoende is om de volgende zware week door te komen.

Nele – geschreven 1 jaar, 11 maanden en 25 dagen na die verschrikkelijke 8ste september 2015