Ik zit in een cocon, in mijn eigen verdriet. Het is er soms warm en veilig en soms verschrikkelijk hard en koud.
Ik hou het nieuws van de buitenwereld heel ver van mij. Ik weet waarom ik dat doe, omdat ik nu niet kan filteren, omdat het onrecht in de wereld nu keihard binnenkomt. Het nieuws wordt niet opgezet, de radio verdraai ik naar een andere post en de krant gaat ongelezen van de brievenbus de papiermand op. Maar hoe hard ik ook mijn best doe, er druppelt af en toe nieuws binnen. In deze wereld is het dan ook ondenkbaar dat je je daarvan kan afschermen. Ondenkbaar en eigenlijk vind ik ook dat ik de mensen onrecht aandoe als ik wegkijk. Maar er is ook zoveel onrecht.
Ik hoorde al eens een theorie dat we door het internet en de snelle communicatie nu gewoon meer weten over onrecht. Maar ik denk dat het ook gegroeid is. En als ik zeg dat ik wegkijk dan hoor ik vaak dat ik niet de enige ben. We weten niet meer hoe we hierop moeten reageren. … Maar ik verkondigde vroeger wel eens, wegkijken van onrecht is misschien wel even erg.
Het probleem is dat ik niet weet hoe ik moet helpen.
En als ik dit schrijf dan blijf ik vinden dat mij en vooral de kinderen onrecht is aangedaan. Al is er geen schuldige aangeduid. En ik wentel en draai me daarin en gebruik het als excuus om me niet schuldig te voelen aan al de rest.
En dan probeer ik toch te relativeren. Ondanks alles hebben we het goed. Een dak boven ons hoofd, een relatief veilig gevoel, vrienden om ons heen, welvaart, veel te veel welvaart, een job en elkaar. Het allerbelangrijkste.
Alles is relatief. Alles is afhankelijk van het perspectief. Ik heb me altijd voorgedaan als iemand die probeert het perspectief van de anderen te zien.
Nu lukt het me niet altijd meer.
Ik heb het dan ook verschrikkelijk lastig met de kleine dingen in de wereld. Natuurlijk mag je aan me laten weten dat het lastig is dat je ziek bent, of dat je ruzie had met je man. Uiteraard is het corvee als je eens zonder je vrouw voor je kinderen moet zorgen. En ik weet ook wel dat ik het niet leuk zou vinden als ik een botsing had en mijn auto of mijn fiets was stuk.
Maar … net zoals ik me afscherm van onrecht, wil ik me ook hiervan afschermen. Dus vraag me niet om dat belangrijk te vinden. Vraag me niet om me daarin in te leven. Vraag me niet om daar te blijven naar luisteren. Kijk om je heen en tel je zegeningen. Het lijkt me op dit moment de enigste mogelijkheid om het onrecht naar waarde te schatten. Door zelf te relativeren. En dan bedoel ik echt relativeren en echt je zegeningen tellen.
Af en toe krijg ik zo een bericht van iemand die kon relativeren. Die kon zien wat ie heeft en daardoor wat ie niet heeft kon verdragen. Dan denk ik, dat heb je toch kunnen bewerkstelligen Tas.
Nele – geschreven 6 maanden en 2 dagen na die verschrikkelijke 8ste september 2015.
Lieve Nele,
mensen moeten inderdaad veel meer leren relativeren en geen problemen maken waar niet nodig.
Liefs,
Nathalie
LikeLike